In Meppel opent begin 2025 de Carlos winkel, een nieuw concept waar zorg en ondernemen samenkomen. De winkel biedt werk- en leerplekken aan mensen die begeleiding nodig hebben, onder toezicht van zorgprofessionals. Lokale ondernemers helpen met de dagelijkse bedrijfsvoering en klantcontact. Het initiatief wil een inclusieve economie stimuleren en kan mogelijk gebruikmaken van subsidies voor sociale ondernemingen in Nederland.
Unieke mix zorg en retail
De Carlos winkel combineert een commerciële winkel met dagbesteding, een vorm van zorg waarbij mensen deelnemen aan zinvolle activiteiten. Deelnemers leren praktische vaardigheden zoals kassawerk, voorraadbeheer en gastvrijheid. Tegelijk draait de winkel op een herkenbaar verdienmodel: verkoop aan consumenten. Die combinatie moet zorgen voor stabiliteit én ruimte voor ontwikkeling.
Voor ondernemers in Meppel kan dit model extra toegevoegde waarde bieden. De winkel trekt publiek en vermindert leegstand, terwijl bedrijven kunnen aanhaken met leveringen, workshops of stageplekken. Zo ontstaat een regionaal netwerk tussen zorg, mkb en onderwijs. De initiatiefnemers benadrukken dat de winkel draait op normale bedrijfsprocessen, met extra begeleiding waar nodig.
De aanpak sluit aan bij de bredere opkomst van sociale ondernemingen in Nederland. Dit zijn bedrijven die naast winst ook een maatschappelijke missie nastreven. Het model wint terrein, mede door interesse van gemeenten in werk- en ontwikkelkansen voor inwoners. Daardoor is de kans op duurzame samenwerking in de regio groter.
Opening gepland begin 2025
De start in het nieuwe jaar geeft tijd om processen, teams en training op orde te brengen. Voor de opening worden zorgbegeleiders, vrijwilligers en ondernemersrollen verdeeld en getraind. Ook wordt gewerkt aan inkoop, logistiek en afspraken met leveranciers. De planning moet ervoor zorgen dat de winkel vanaf dag één professioneel kan draaien.
De locatie in Meppel is gekozen vanwege bereikbaarheid en de lokale vraag naar begeleide werkplekken. De winkel wil zichtbaar zijn voor het publiek en laagdrempelig voor deelnemers en hun familie. Toegankelijkheid en veiligheid krijgen een prominente plek in het ontwerp en de inrichting. Dat helpt zowel klanten als medewerkers met en zonder zorgvraag.
De gemeente Meppel speelt indirect een rol via vergunningen en mogelijke Wmo-trajecten. De Wmo is de Wet maatschappelijke ondersteuning die gemeenten uitvoeren, onder meer voor dagbesteding. Wanneer deelnemers via de Wmo instromen, zijn er duidelijke indicaties en zorgplannen nodig. Dat maakt de voorbereiding intensief, maar zorgt later voor helderheid in taken en verantwoordelijkheden.
Een sociale onderneming combineert een maatschappelijke missie met een gezond verdienmodel.
Begeleide werkplekken in de winkel
In de Carlos winkel komen verschillende rollen samen: verkoop, klantontvangst, voorraad en eenvoudige administratie. Deelnemers werken onder begeleiding en krijgen taken die passen bij hun tempo en talent. Het doel is leren in de praktijk, met zichtbare resultaten en contact met klanten. Dat verhoogt motivatie en vergroot de kans op doorstroom naar betaald werk.
Begeleiders vanuit de zorg monitoren voortgang en welzijn. Zij werken met individuele doelen en korte trainingen op de werkvloer. Denk aan communicatie, samenwerken en omgaan met drukte. Voor ondernemers is er aandacht voor coaching in inclusieve werkpraktijken en duidelijke werkafspraken.
Het winkelconcept vraagt om strakke roosters en eenvoudige processen. Heldere instructies en visuele hulpmiddelen maken taken overzichtelijk. Kassasystemen en voorraadapplicaties worden aangepast aan het niveau van gebruikers. Zo blijft de winkel efficiënt, terwijl iedereen veilig en met vertrouwen kan meewerken.
Wet- en regelgeving telt mee
De AVG, de Europese privacywet, geldt voor alle cliënt- en personeelsgegevens. Dat betekent dat de winkel zorgvuldig omgaat met dossiers, roosters en gezondheidsinformatie, met minimale data en duidelijke toestemming. Ook camera’s, als die worden gebruikt, moeten privacyproof zijn. Processen en systemen worden daarop ingericht.
De Arbowet schrijft voor dat elke werkplek veilig en gezond moet zijn. Voor de winkel betekent dit onder meer instructies voor laden en tillen, noodprocedures en ergonomische werkplekken. Begeleiders letten op signalen van stress en overbelasting. Preventie en bijsturen zijn vaste onderdelen van het werk.
Bij Wmo-dagbesteding geldt contractering of inkoop via de gemeente. Er zijn kwaliteitseisen, rapportages en audits om zorggeld verantwoord te besteden. Als deelnemers via de Participatiewet instromen, gelden aanvullende regels over begeleiding en beloning. Het is daarom belangrijk dat de zorg- en ondernemerskant juridisch goed zijn afgesproken.
Subsidies en lokaal rendement
De initiatiefnemers kunnen in aanmerking komen voor steun via de Wmo, ESF+ (Europees Sociaal Fonds) en RVO-regelingen voor leren en ontwikkelen. Ook de SLIM-regeling helpt mkb’ers met scholing en loopbaanontwikkeling op de werkvloer. Zulke subsidies verlagen de kosten van training en jobcoaching. Ze vergroten de kans op een stabiel en schaalbaar model.
Financieel draait de winkel op omzet uit verkoop, aangevuld met vergoedingen voor begeleiding. Dat vraagt strakke sturing op kosten, inkoop en voorraad. Transparante boekhouding is belangrijk, zeker wanneer publieke middelen meedoen. Een duidelijke scheiding tussen zorgkosten en commerciële uitgaven voorkomt discussie achteraf.
Het lokale rendement is breder dan omzet alleen. De winkel levert leerervaringen op, vergroot meedoen in de samenleving en trekt extra bezoekers naar de stad. Voor het mkb in Meppel ontstaan kansen om samen te werken, van leveringen tot gezamenlijke acties. Zo wordt de winkel onderdeel van een regionaal ecosysteem.
Impact voor ondernemers en zorg
Voor ondernemers biedt de Carlos winkel een route om maatschappelijk te investeren met meetbaar resultaat. Zij houden grip op kwaliteit en klantbeleving, terwijl ze nieuwe medewerkers laten instromen. Dat kan helpen bij krapte op de arbeidsmarkt. Tegelijk leren teams om inclusief te werken.
Zorgorganisaties zien dat praktijkleren vaak beter aansluit dan klassieke trainingen. De winkel geeft directe feedback en zichtbaar succes, wat motivatie versnelt. Familie en mantelzorgers kunnen meedoen als vrijwilliger of sparringpartner. Dat versterkt het sociale netwerk rond deelnemers.
De komende maanden staan in het teken van werven, trainen en testen. Als de winkel opent, moet de basis staan: processen, veiligheid en begeleiding. Daarna kan het concept groeien met nieuwe producten en partners. De voortgang hangt af van stabiele financiering en blijvende vraag van klanten.
